-
1. Inleiding•Levensbedreigende ongevallen
Levensbedreigende ongevallen
Bel 112 bij levensbedreigende ongevallen of het vermoeden hiervan (ook bij twijfel).
Bel 112 bij ernstige trauma's (beenbreuk, zware hersenschudding/-letsel) of het vermoeden hiervan (ook bij twijfel).
VolgendeSpoedeisende ongevallenSpoedeisende ongevallen
Bel de huisarts of huisartsenpost bij spoedeisende niet-levensbedreigende ongevallen die niet kunnen wachten tot de volgende dag (zoals ernstige brandwonden, mogelijke armbreuk, hoge koorts):
- Bel de huisarts op werkdagen van 8.00 tot 17.00. Bij voorkeur huisarts slachtoffer bellen, je mag ook het nummer van jouw eigen huisarts bellen.
- Bel de huisartsenpost van 17.00 tot 8.00, in weekenden en op feestdagen in het geval dat bezoek huisarts niet kan wachten tot de volgende dag.
Opdracht:
- Zet telefoonnummer van jouw huisarts in de telefoon/app.
- Zet telefoonnummer van de huisartsenpost in de telefoon/app. Het telefoonnummer (0900-) van de huisartsenpost in jouw regio vindt je via internet of via een lokale huisarts.
- Centraal binnen de organisatie te realiseren (kan in later stadium): laat alle medewerkers binnen de organisatie het telefoonnummer van hun eigen huisarts in de telefoon zetten.
VolgendeNiet-spoedeisende ongevallenNiet-spoedeisende ongevallen
Bij niet-spoedeisende en dus niet-levensbedreigende ongevallen kun je via onze app bekijken wat je moet doen (bijvoorbeeld bij brandwonden, oogletsel, snijwond, bloedneus etc).
Opdracht:
Zet de app van 112-4U & Bosman in jouw telefoon:
Volgende -
2. Reanimatie volwassene•Algoritme Reanimatie/AED
Algoritme Reanimatie/AED
VolgendeAanspreken/aanschuddenAanspreken/aanschudden
Reageert het slachtoffer als u en ik?
Doe de controle in de volgende stappen:
- Schud voorzichtig aan zijn schouders.
- Vraag: “Gaat het?”
Indien het slachtoffer reageert:
- Laat liggen zoals u hem vond.
- Zoek uit wat het probleem is.
- Zorg zo nodig voor professionele hulp.
- Controleer regelmatig.
Indien het slachtoffer niet reageert: 112 (laten) bellen en AED laten halen.
VolgendeAdemhalingscontroleAdemhalingscontrole
Ademhalingscontrole
Ademt het slachtoffer als u en ik?
Doe de controle in de volgende stappen:
- Platte hand op het voorhoofd en 2 vingers onder de kin.
- Kantel het hoofd en lift de kin.
- Maak een pistool van de 2 vingers (draai een kwartslag).
- Ga met wang boven de mond hangen en kijk over de borstkast.
- Kijk, luister en voel 10 seconden naar een NORMALE ademhaling.
Bij wel ademhaling (en geen bewustzijn):
- Draai het slachtoffer op zijn zij met het gezicht naar jou toe.
- Blijf ademhaling controleren met één hand op de borst en één tussen de schouderbladen.
Bij geen ademhaling of een agonale ademhaling (zie hieronder):
- Indien alleen: haal de AED indien binnen 50 meter beschikbaar en sluit deze aan.
- Start reanimatie.
Niet normale ademhaling
Een agonale ademhaling (ook wel gasping genoemd) is een fysieke reactie die lijkt op het happen naar adem; het is een impulsreactie van het lichaam die optreedt bij een circulatiestilstand (hartstilstand). Het ziet eruit als een moeilijke, zware, luidruchtige, happende adembeweging.
VolgendeBorstcompressiesBorstcompressies
Doel: bloedcirculatie op gang houden
Geef 30 borstcompressies:
- Plaats hiel van een hand in het midden van de borstkas.
- Plaats uw andere hand bovenop de eerste hand
- Zorg dat alleen de hiel van de hand de borstkas raakt.
- Druk het borstbeen in:
- loodrecht boven het slachtoffer
- armen gestrekt, beweging vanuit de rug
- frequentie 100-120/minuut
- diepte 5-6 cm
- gelijkmatig indrukken
VolgendeBeademenBeademen
Doel: zuurstof toedienen
Geef 2 beademingen:
- Platte hand op het voorhoofd en 2 vingers onder de kin.
- Kantel het hoofd en lift de kin.
- Maak een pistool van de 2 vingers (draai een kwartslag).
- Knijp de neus van het slachtoffer dicht
- Plaats lippen rond mond
- Blaas rustig in (gedurende 1 seconde) tot de borstkas omhoog komt
- Laat de borstkas terugvallen
- Herhaal de beademing
Onderbreek de borstcompressies niet langer dan 10 seconden en 2 pogingen.
VolgendeAEDAED
Doel: reset van het hart.
Zet de AED aan, hij geef automatische instructie wat je moet doen.
VolgendeReanimatie/AEDReanimatie/AED
Gehele protocol reanimatie met AED met 1 hulpverlener.
Gehele protocol reanimatie met AED met 2 hulpverleners.
VolgendeVerslikking/verstikkingVerslikking/verstikking
Bij verslikking/verstikking:
- Moedig het slachtoffer aan tot hoesten.
- Werkt dit niet, sla dan 5x op zijn rug tussen de schouderbladen.
- Werkt dit niet, geef dan 5x buikstoten.
- Werkt dit niet, bel 112.
- Daarna doorgaan met afwisselend 5x slaan en 5x buikstoten
Raakt het slachtoffer bewusteloos: start reanimatie.
VolgendeErnstige bloedingErnstige bloeding
Als het bloed (stootsgewijs) uit de wond stroomt:
- (laat) 112 bellen.
- Oefen druk uit op de wond met een schone doek.
- Druk zo hard dat de bloeding stopt.
- Volg instructies 112-centralist op.
Volgende -
3. Reanimatie kind & baby•Algoritme Reanimatie/AED kind/baby
Algoritme Reanimatie/AED kind/baby
VolgendeReanimatie kindReanimatie kind
Voor kinderen vanaf 1 jaar tot aan de puberteit is de reanimatie hetzelfde als bij volwassenen met de onderstaande afwijkingen.
Start met 5 beademingen:
- Kantel het hoofd voorzichtig.
- Plaats lippen rond de mond, knijp de neus dicht.
Geef 15 borstcompressies:
- Met de hiel van 1 hand.
- Druk 1/3 van de borstkas in.
Geef 2 beademingen:
- Ga daarna door met reanimatie in de verhouding 15:2.
Het plakken van de AED-elektroden gebeurt op dezelfde wijze als bij volwassenen mits er voldoende ruimte is tussen de 2 elektroden om de hiel van de hand te plaatsen. Indien er niet voldoende ruimte is, dan plak je de elektroden als bij een baby.
VolgendeReanimatie babyReanimatie baby
Voor baby's tot 1 jaar is de reanimatie hetzelfde als bij volwassenen met de onderstaande afwijkingen.
Start met 5 beademingen:
- Hoofd in neutrale positie.
- Plaats lippen rond de mond en neus.
Geef 15 borstcompressies:
- Met 2 duimen van beide handen op elkaar op de onderste helft van de borstkas.
- Druk 1/3 van de borstkas in.
Geef 2 beademingen:
- Ga daarna door met reanimatie in de verhouding 15:2.
De AED-elektroden worden aan de voor- en achterkant van de borstkas geplakt.
VolgendeVerslikking/verstikking babyVerslikking/verstikking baby
Bij verslikking/verstikking van een baby (tot 1 jaar):
- Moedig het slachtoffer aan tot hoesten.
- Werkt dit niet, sla dan 5x op zijn rug tussen de schouderbladen.
- Werkt dit niet, geef dan 5 borstcompressies met 2 vingers.
Volgende -
4. Blussen brand•Branddriehoek en blussers
Branddriehoek en blussers
De branddriehoek of brandcirkel geeft de drie belangrijkste factoren weer die spelen bij een brand:
- Brandbare stof of brandstof
- Zuurstof
- Ontbrandingstemperatuur
Als alle drie in voldoende mate aanwezig zijn, dan ontstaat een brand. Een brand blus je door het wegnemen van ėėn of meer van deze factoren.
Het blusprincipe van .....
- de brandslanghaspel is: temperatuur wegnemen
- de sproeischuimblusser is: zuurstof wegnemen (vloeistofbrand), afkoeling (bij vaste stoffenbrand)
- de CO2-blusser is: zuurstof wegnemen door CO2 toe te voegen,
- de vetblusser is: wegnemen zuurstof, verkoelend effect.
- het blusdeken is: zuurstof wegnemen.
- deksel op de pan is: zuurstof wegnemen.
- slachtoffer laten rollen is: zuurstof wegnemen.
Waar rook is, is geen BHV-er! Als het vuur kleiner is dan de lengte van jouw arm, kun je één poging wagen het vuur te blussen. Het betreden van een ruimte waar (of een vermoeden van) brand is, dient gedaan te worden door de brandweer. Laat de deur dicht, zodat er geen zuurstof bij de brand komt.
Hieronder zijn de mogelijke brandbare stoffen weergegeven met daarachter het bijbehorende blusmiddelen:- Vaste stof (papier, hout, textiel): slanghaspel, sproeischuimblusser, poederblusser
- Vloeistof (olie, benzine, was, kunststoffen): CO2-blusser, sproeischuimblusser, poederblusser
- Gasbrand: gastoevoer dicht draaien
- Metalen: laten branden en zo snel mogelijk weglopen
- Elektriciteit: CO2-blusser, sproeischuimblusser, poederblusser
- Vetbrand: frituurpan uitzetten, deksel op de pan, koud vet erbij gooien (indien mogelijk) en/of vetblusser
- Persoon: tackelen en laten rollen, slanghaspel/water en/of blusdeken/jas.
Het belangrijkste om te onthouden is:
- Sproeischuimblusser. Voor het blussen van alles met uitzondering van vetbranden.
- CO2-blusser. Voor het blussen van vloeistoffen en elektra/meterkast.
- Slanghaspel/water. Voor het blussen van vaste stoffen (inclusief personen).
- Vetblusser (alleen voor horeca). Voor het blussen van vetbranden.
VolgendeBrandslanghaspelBrandslanghaspel
Geschikt voor vaste stoffen zoals hout, papier en textiel én personen.
VolgendeCO2-blusserCO2-blusser
Een CO2- of koolzuursneeuwblusser is te herkennen aan een zwarte koker aan het einde van de slang. De blusser is geschikt voor het blussen van elektrische apparatuur, vloeistofbranden en vlam in de pan.
VolgendePoederblusserPoederblusser
Met name geschikt voor vaste stoffen, vloeistoffen, gasvormige stoffen en metalen. Ook geschikt voor elektrische apparatuur. Niet geschikt voor personen.
Voor de werking van de poederblusser zie de sproeischuimblusser.
VolgendeSproeischuimblusserSproeischuimblusser
Met name geschikt voor vaste stoffen en vloeistoffen. Ook geschikt voor personen en elektrische apparatuur.
VolgendeVetbrandblusserVetbrandblusser
Geschikt voor vetbranden. De stoffen uit de vetbrandblusser houden een hoge temperatuur zeer lang vast.
Voor de werking van de vetblusser zie de sproeischuimblusser.
Met de volgende aanvullingen:
- Houd de bluslans boven de bak.
- Spuit de blusser helemaal leeg boven het brandende vet.
VolgendeDeksel op brandende panDeksel op brandende pan
VolgendeBrandend slachtofferBrandend slachtoffer
Een slachtoffer wiens kleren vlam gevat hebben dien je toe te schreeuwen dat hij gaat rollen. Zo nodig het slachtoffer naar de grond brengen (tackelen) en waar mogelijk laten rollen.
Gebruik waar mogelijk een blusdeken, een emmer water, waterslanghaspel of een jas afhankelijk van de grootte van het vuur.
Volgende -
5. Ontruimen gebouw•Ontruimingsoefening
Ontruimingsoefening
Doe een ontruimingsoefening in de volgende stappen:
- Voorbereiden (zorg voor voldoende BHV-ers, zet een scenario op, minimaal 1x oefening per jaar)
- Oefening draaien volgens 4 taakprincipes:
- 1 persoon heeft leiding en doet verder niets (ontruimingsleider)
- 1 persoon belt 112 en koppelt dit terug aan ontruimingsleider
- 1 persoon coördineert op verzamelplaats en koppelt terug aan ontruimingsleider
- 1 of meerdere personen zijn ontruimers in het gebouw (kan bij < 4 personen ook 112-beller en/of coördinator verzamelplaats zijn
- Evalueer na afloop met BHV-ers obv 4 taakprincipes.
- Maak verslag op 1 A4 met 2 goede punten en 2 verbeterpunten.
VolgendeOntruimingsplanOntruimingsplan
Algemeen
Andere benaming: bedrijfsnoodplan, BHV-plan, calamiteitenplan
Kernafspraken vastleggen op 1 A4
Ontruimingsplan wordt bijlage van de kernafspraken.
Verplicht in een gebouw waar een brandmeldinstallatie is
Maak Compact ontruimingsplan op 1 A4 die tevens de basis is voor verslag ontruimingsoefening.Een ontruimingsplan bestaat uit:
- BHV-organisatie en afspraken/procedures
- Situatietekening met verzamelplaats
- Plattegrondtekeningen
Afspraken
Ontruim volgens de 4 taakprincipes:
- 1 persoon heeft leiding en doet verder niets (ontruimingsleider)
- 1 persoon belt 112 en koppelt dit terug aan ontruimingsleider (vangt eventueel de brandweer op)
- 1 persoon coördineert op verzamelplaats en koppelt terug aan ontruimingsleider
- 1 of meerdere personen zijn ontruimers in het gebouw
Indien 3 BHV-ers aanwezig: ontruimingsleider belt ook 112.
Indien 2 BHV-ers aanwezig: wijs een niet-BHV-er aan als coördinator verzamelplaats.
Indien 1 BHV-er aanwezig: wijs een “leider” aan als ontruimingsleider en ga zelf het pand ontruimen
Maak de afspraken op maat voor jouw eigen organisatie en leg deze vast op papier. Heb je een brandmeldinstallatie of moet je een ontruimingsplan maken op aanwijzing van de brandweer, gebruik dan de NEN 8112.
Situatietekening
- Altijd 1 tekening
- Met verzamelplaats
- Met aanrijroute brandweer
- Met straten rondom pand
Plattegrondtekening
- Per verdieping 1 tekening
- Vluchtroutes
- Nooduitgangen
- Blusmiddelen
- BMI incl melders
Brandcompartiment
Een brandcompartiment is een deel van een gebouw dat bij brand als zelfstandige eenheid beschouwd kan worden. De brandcompartimenten moeten ervoor zorgen dat gedurende een bepaalde tijd (30 minuten of meer) het vuur en de rook tegengehouden kunnen worden, zodat er een veilige vrije vluchtroute gecreëerd kan worden.
Onlosmakelijk verbonden met:
- Weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag = kortste tijd die brand nodig heeft om zich uit te breiden van een ruimte naar een andere ruimte
- Brandvertragendheid (kan vanaf 30 minuten tot 2 uur).
- Brandwerende deuren te herkennen aan deurdrangers boven deur
VolgendeBrandmeldinstallatieBrandmeldinstallatie
Algemeen
Indien een brandmeldinstallatie in het gebouw aanwezig is:
- Zorg dat er in het gebouw minimaal 1 opgeleide Beheerder van de BrandMeldInstallatie (BBMI) is.
- Zorg dat er altijd iemand in het gebouw aanwezig is die weet hoe de brandmeldinstallatie (BMI) werkt. Met andere woorden: laat de BBMI een korte instructie verzorgen voor een aantal BHV-ers hoe de BMI werkt en hoe deze gereset kan worden.
Brandmeldinstallatie (BMI) bestaat uit:
- Brandmeldcentrale (BMC)
- Nevenpaneel
- Handbrandmelder
- Rookmelder
- Slowwoop
- Nevenindicator
Brandmeldcentrale
Brandmeldpaneel buitenuitvoering (komt niet vaak voor)
Geografisch paneel (komt niet vaak voor)
Nevenpaneel (Niet altijd aanwezig)
- Als de interne organisatie behoefte heeft aan een of meer extra panelen op andere posities dan BMC
Handbrandmelder
Rookmelder
Nevenindicator
- Hangt vaak boven deur, in de ruimte achter de deur zit brandmelder
- Verbonden met brandmelder in ruimte
- Brand tegelijk met brandmelder
VolgendeCommunicatiemiddelenCommunicatiemiddelen
Schaf alleen communicatiemiddelen aan die zinvol zijn voor de BHV-organisatie. Vaak kan het alleen schreeuwen naar elkaar al voldoende zijn in kleinere gebouwen. Denk hierbij aan een winkel of kleiner kantoorgebouw.
- Portofoons op de man gedragen. Een portofoon is bij uitstek zeer geschikt als de BHV-ers bereid zijn deze op de man te dragen.
- Whatsapp-groep:
- Maak een Whatsapp-groep aan met de naam “BHV
”. Maak een snelkoppeling van de groepsapp (in Whatsapp) en voeg deze toe aan Start-/beginscherm. - Zorg dat alle BHV-ers de naam en het telefoonnummer van hun collega-BHV-ers opslaan als contact in hun telefoon (belangrijk, anders kun je ze niet oproepen in Whatsapp-groep).
- Constateert een BHV-er een brand of andere ernstige calamiteit, dan belt hij altijd eerst 112 (of bij voorkeur laat bellen).
- Daarna activeert de BHV-er de Whatsapp-groep door iedereen te bellen (NIET videobellen).
- Bij een ontruimingsalarm dienen alle in het pand aanwezig BHV-ers de Whatsappgroep BHV direct te openen.
- BHV-ers die niet in (de nabijheid van) het gebouw aanwezig zijn, mogen de oproep niet opnemen.
- Tot en met 8 deelnemers kan iedereen deelnemen, bij meer dan 8 deelnemers moet de alarmeerder selecteren wie deel mag nemen.
- Zorg dat altijd de ploegleider(s) in de groep zit(ten), selecteer ze als eerste bij meer dan 8 deelnemers.
- De ploegleider leidt de ontruiming en is aan het woord in de groepsapp. De ploegleider verdeelt de taken.
- De BHV-er houdt zijn mond dicht, geeft antwoord op de gestelde vragen en koppelt zijn taak terug aan de ploegleider.
- De BHV-er noemt altijd eerst zijn naam, dan de boodschap en sluit af met “over”. De ploegleider noemt de naam van de BHV-er, dan de boodschap en sluit af met “over”.
- Richtlijnen met betrekking tot de AVG zie hieronder. (*)
- Maak een Whatsapp-groep aan met de naam “BHV
- Portofoon-apps, zowel betaald als onbetaald. Een voorbeeld hiervan is Zello
- Portofoons die centraal bij de receptie of een andere plek zijn opgeslagen.
- Schreeuwen naar elkaar (zeer goed mogelijk in kleinere gebouwen). Dit is ook de enige optie als er geen communicatiemiddelen voorhanden zijn.
Andere hulpmiddelen voor communicatie zijn:
- Schreeuwen.
- Oortelefoon.
- Pager/Pieper.
- Megafoon.
Het is belangrijk om de aanwezige communicatiemiddelen tijdens een oefening te testen. Dit wordt gezien als een (eerste) ontruimingsoefening. Maak hier een kort verslag van, zodat iedereen een volgende keer weet wat er goed en fout ging.
(*) Voorwaarden in het kader van AVG voor gebruik Whatsapp-groep:
- Er moet een grondslag zijn om de privé-telefoons van de medewerkers te gebruiken. De grondslag is om bij calamiteiten zo goed mogelijk met elkaar te communiceren.
- De toestemming van de medewerkers moet vrijelijk gegeven zijn. Hier moet je als leidinggevende terughoudend mee omgaan, omdat het een privé-telefoon betreft.
- Er mogen geen nadelige gevolgen voor de medewerker zijn.
- De gegevens moeten zodanig opgeslagen zijn, dat ze goed beveiligd zijn. Dus geen medische of andere persoonlijke informatie typen in de groepsapp.
Betreft het een telefoon die eigendom is van de organisatie, dan speelt het bovenstaande niet.
Volgende -
6. Examen (alleen verplicht bij nieuwe BHV-cursus)•
-
7. Optioneel (niet verplicht)•.